Batavieren op weg naar het podium
Kika Sprangers (24)
‘Ik ben saxofonist en heb mijn eigen kwintet en Large Ensemble. Het Batavierhuis is een warm bad. Het is een prachtig gebouw met enorm goede faciliteiten. Met het Composers Collective van Louk Boudesteijn ben ik op zolder bezig met componeren en schrijven. We delen projecten en geven elkaar feedback. In de wandelgangen kom je ook kunstenaars tegen uit andere disciplines; dat inspireert. Op de twee podia kun je kleine concertseries organiseren en try outen zonder dat er direct een programmeur tussen zit. Voor publiek is dat leuk; om iets te horen wat niet helemaal af is. Je bent deelgenoot van het maakproces.’
Arlon Luijten (41)
‘Ik regisseer muziektheater en opera en onderzoek gamification en co-creatie als dramaturgisch middel. Die gameelementen hebben een ander designproces dan theater. Tussentijds maken we prototypes die getest moeten worden met verschillende doelgroepen. Dat vergt een andere denk- en werkwijze. Ook onze produktie en organisatie verloopt in andere cycli dan gangbaar is bij fondsen, theaters en produktiehuizen. In het Batavierhuis kan ik organischer werken. Ik kan experimenteren met de aanwezige muzikanten en tussendoor kan ik performances geven. Deze plek laat me uit mijn organische bubbel stappen.’
Alice Saey (29)
‘Ik ben een animation filmmaker, met de focus op muziek. Ik maak muziekvideo’s voor de Rotterdamse zanger Mark Lotterman en bands als Shaking Godspeed en Joe goes hunting. Leadzanger Jimmy maakt ook gebruik van dit pand. Als maker van animaties ben je meestal vrij geïsoleerd aan het werk; hier zoek je elkaar automatisch op. Soms heb ik contact met een componist, soms ben ik alleen op zoek naar een sound, zoals van een bepaald blaasinstrument. Er is ook een podium waar ik installaties kan laten zien en ik geef workshops met muzikanten; je voélt de energie.’
Mark Schilders (29)
‘Ik ben drummer en artistiek leider bij de band Fabrik. Het Batavierhuis is voor mij een ideale plek om mijn eigen werk verder te ontwikkelen. In de studio kan ik experimenteren met dingen waar ik minder snel in zou duiken; ik kan mijn fantasie de vrije loop laten. De twee podia zijn fijn omdat ik bovenal een uitvoerend musicus ben. Ik improviseer veel; ik spring op een podium en dan gebeurt er wat. Daar wil ik deze faciliteiten vooral voor gebruiken. Niet voor grote produkties, maar als kiemen voor het grotere werk. Ik hoop dat er met de andere Batavieren samenwerkingen ontstaan. Daar leent het Batavierhuis zich perfect voor.’
Terug naar: Het Batavierhuis